Low revision rate throughout the adoption of the direct superior approach in primary total hip arthroplasty: an analysis based on 1551 total hip arthroplasties from the Dutch Arthroplasty Register
Maart 2024: Publicatie HIP International
Assessment of the learning curve of the direct superior approach in total hip arthroplasty using the Dutch Arthroplasty Register.
P Bos, BJ van Dooren, RM Peters, HB Ettema, SBT Bolder, FP van den Berg, NJGM Veeger, BW Schreurs, WP Zijlstra
Leercurve direct superieure benadering bij totale heupprothese
Verschillende operatietechnieken worden gebruikt om de heup te benaderen bij het plaatsen van een totale heupprothese. De anterieure – voorste – en posterolaterale– achterste – benadering zijn het meest gangbaar in Nederland, elk met eigen voor- en nadelen. Vooral de steile leercurve van de anterieure benadering is een onderwerp van discussie. Recent is er een nieuwe benadering geïntroduceerd: de direct superieure
benadering, die minimaal invasief is en bepaalde spieren ontziet. Deze benadering is een variant op de posterolaterale benadering. Studies laten zien dat de kans op een revisie vanwege een luxatie – uit de kom schieten – van de prothese laag is bij plaatsing met de direct superieure benadering. Er was tot nu toe nog geen informatie bekend over een eventuele chirurgische leercurve.
In deze studie is gekeken naar de samenhang tussen de leercurve voor het plaatsen van een totale heupprothese met de direct superieure benadering van orthopedisch chirurgen uit vier ziekenhuizen in Nederland en de kans op revisie.
Conclusie
We vonden geen verband tussen de ervaring van de orthopedisch chirurg in het gebruik van de direct superieure benadering en de kans op revisie. Dit suggereert dat er geen significante leercurve is voor de direct superieure benadering bij het plaatsen van een totale heupprothese. De direct superieure benadering lijkt veilig in de beginfase van het leerproces, met een laag risico op revisie door luxatie of door andere oorzaken.